Coachen van een minioren-team

Voor de wedstrijd

- De begeleider ontvangt en maakt kennis met het andere team; de begeleider en de spelleider maken afspraken over de begeleiding en spelleiding met de andere teambegeleider en spelleider.

- De coach zet samen met het team het speelveld uit (bij thuiswedstrijden).

- Houd een bespreking met het team. Onderwerpen kunnen zijn:

          - Opstelling;

          - Wie is vandaag de keeper (alle kinderen komen minstens één keer aan de beurt);

          - Wie is vandaag de aanvoerder (alle kinderen komen minstens één keer aan de beurt);

          - Wat zijn de accenten voor deze wedstrijd:

          - Individuele opdrachten;

          - Hoe wordt er gewisseld.

- Zorg voor de warming-up.

Tijdens de wedstrijd

- Volg rustig het spel van beide partijen.

- Roep met mate aanwijzingen het veld in, zonder de spelleider te storen.

- Stimuleer een positieve spelbeleving:

      - Sportief gedrag;

      - Zo goed mogelijk je best doen;

      - Elkaar helpen;

      - Elkaar en de spelleider accepteren.

- Blijf buiten het speelveld.

- Roep eventueel te fanatieke ouders tot de orde.

- Laat de kinderen spelen.

- Waardeer het spel van beide partijen.

In de rust

- Laat de kinderen zo nodig truien of een trainingspak aandoen.

- Luister naar de kinderen.

- Geef een pluim of een bemoedigende opmerking.

- Herhaal de taken.

- Geef tips.

- Geef de wissels aan.

Na de wedstrijd

- Ruim samen met de kinderen het veld op (bij thuiswedstrijden).

- Zorg voor limonade (bij thuiswedstrijden) en praat na met beide teams, de begeleider, de spelleider en de ouders.

- Vul het digitale wedstrijdformulier in.

In het algemeen: leer de kinderen een goede gastvrouw/gastheer te zijn